Hilde, een verloskundige student vertelt wat zij afgelopen week heeft ervaren tijdens een drukke week op de maternity.
Elke ochtend begon met spannende situaties als we de verloskamers op kwamen
Maandag kwam er een vrouw binnen met heftige weeën. Ze was zwanger van een tweeling, waarvan de eerste in hoofdligging en de tweede in stuitligging lag. Sharon (co assistent) en ik spraken van te voren af dat zij het eerste kindje zou “aanpakken” en ik het tweede kindje.
Bij 10 centimeter ontsluiting begon de vrouw met sukuma (persen) en al snel werd het eerste kindje geboren. Het tweede kindje liet even op zich wachten, maar toen die bijna geboren werd bleven helaas de schouders en hoofdje vastzitten. Nadat ik de armpjes losmaakte mbv de handgrepen die ik geleerd heb en de verloskundige mij daar bij hielp, werd ook het tweede kindje gezond geboren. Toen was mijn eerste stuitbevalling een feit!
Dinsdag begon de dag hetzelfde; een mevrouw na een voldragen tweeling zwangerschap met 8 centimeter ontsluiting. Tot en met de geboorte van het eerste kindje verliep alles net zo soepel als die van de dag ervoor..
Tussen de twee geboortes door probeerden we de hartslag van de tweede baby te vinden. Toen dit niet lukte, werd het afgeschreven door de lokale verloskundigen op de oedeem die de mevrouw had. Veel tijd om er bij stil te staan was er niet, want ze kreeg alweer persdrang.
Ook deze stuitligging mocht ik weer doen. Nadat ik de handgreep van Lövset uitvoerde werd het tweede kindje geboren helaas zonder ademhaling en hartslag. Ondanks onze dappere reanimatiepogingen konden we het kindje niet redden. Het was een zware ervaring, maar de steun van de dokters en het teamwork hielp ons hier doorheen. Dit was de eerste keer dat ik al de geleerde kennis moest uitvoeren op iets anders dan op een pop. Tijdens de evaluatie werd duidelijk dat de baby ws in de buik al was overleden.

Vrijdag was ( jawel) de derde tweelingbevalling van die week. Een mevrouw die 29 weken zwanger was met 4 centimeter ontsluiting. In Nederland geven we dan zo snel mogelijk weeënremmers en medicatie wat de longrijping van het kind versneld. Sharon en ik hebben hier met de arts over gesproken om dit nu ook toe te dienen. De arts stond hier helaas niet achter.
De dag bestond uit chillen op de verloskamers, sprinten naar huis voor een broodje, nog meer wachten, een broodje pindakaas laten bezorgen door de andere meiden en nog meer wachten. Dit omdat we graag wilden assisteren.
De eerste werd geboren met behulp van een vacuüm extractie. Ondertussen probeerden we de hartslag van de tweede baby te vinden, want na de laatste tweeling zijn we nog beter op onze hoede. De hartslag was laag, dus we stonden weer vol adrenaline. Tijdens deze bevalling kwam eerst de navelstreng en daarna werd het tweede kindje heel vlot geboren ik kon het nog maar nauwelijks opvangen. Het kindje ademde niet meteen en had een lage hartslag. Nadat we dit kindje kortdurend hebben beademd ademde hij zelfstandig. Het waren twee kindjes van 1,5 kg.
Terwijl ik aan het hechten was, kwamen we erachter dat we al die tijd onnodig motiverende zinnen voorlazen uit ons Swahili woordenboekje. Ineens kon mevrouw Engels en vroeg ze ‘what are my vitals?’ Als we dat hadden geweten hadden we nog eens wat anders kunnen zeggen dan safi! (goedzo!)
Dit was een een week vol emoties en leermomenten voor ons. We beseffen nog meer hoe belangrijk het is om goed voorbereid te zijn op elke situatie, en samen te werken om de beste zorg te bieden.
De week daarop werd er ook nog een drieling geboren. Het zijn dus de weken van de meerlingen.
